Kuddedier
Wisenten leven in kleine sociale groepen. Er zijn koeiengroepen met vrouwelijke dieren en hun nakomelingen. Een oude koe staat aan het hoofd van de groep en zij beslist wanneer ze waar naar toe gaan en wat ze gaan doen: rusten, herkauwen, grazen of drinken.
Als een kalf op het punt staat om geboren te worden, trekt de moeder zich terug naar een plek die ze van tevoren uitgezocht heeft. Als het kalf geboren is, dan likt de moeder het droog en helpt het dier om de uier te vinden. Bij de geboorte weegt het kalf slechts 30 kilo. Na een aantal dagen is het kalfje sterk genoeg om mee te lopen met de kudde en dan sluiten moeder en kalf zich weer bij de groep aan. De jonge dieren groeien op in de koeiengroep, waar de dochters blijven. Op drie- of vierjarige leeftijd krijgt een koe haar eerste kalf. Zijn er meerdere kalfjes in een groep, dan rusten deze meestal in een crèche met een ouder dier als oppas.
Jonge stieren vertrekken tijdens hun pubertijd en sluiten zich aan bij een stierengroep. Met vier jaar zijn ze volwassen. Stieren en stierengroepen hebben territoria die elkaar deels kunnen overlappen. De onderlinge rangorde wordt in gevechten of met imponeren bepaald. Vooral in de voortplantingstijd zoeken de stieren de koeiengroepen op. Dominante stieren dulden dan geen concurrenten in hun nabijheid. De sterkste stieren hebben territoria op plekken waar meerdere koeiengroepen zich ophouden. Minder dominante stieren zitten daar in een schil omheen. Jonge stieren of erg oude dieren ontlopen de dominante stieren en leven in territoria waar nauwelijks koeiengroepen komen. Uiteindelijk beslist de koe door welke stier ze wordt gedekt.